For more than 10 years now, you can combine the pleasures of hiking and eating on the annual Culinary St Jacobs Way in Tyrol in Austria. I was lucky enough to get invited by the Austrian Tourism Board to join them for the 2018 edition.
Al meer dan 10 jaar kan je het plezier van wandelen combineren met culinair genot tijdens de Culinaire Sint-Jakobsweg in Tirol, Oostenrijk. Ik nam deel aan het evenement in 2018 en hieronder kun je lezen hoe dat was.
In 2021 vindt de Culinaire Sint-Jakobsweg plaats van 7 juli tot begin oktober. Het event wordt geleid door de gerenommeerde chef Eckart Witzigmann. Hij is een van slechts vier chefkoks die van Gault Millau de award “Chef van de Eeuw” kreeg.
De andere vijf chefs die voor deze editie gerechten zullen bedenken zijn:
- James Knappett (Verenigd Koninkrijk)
- Jean-Georges Klein (Frankrijk)
- Onno Kokmeijer (Nederland)
- Tristan Brandt (Duitsland)
- Paul Ivić (Oostenrijk)
Benieuw naar wat de Culinaire Sint-Jakobsweg net is? Lees dan zeker verder.
Contents
- De Culinaire Sint-Jakobsweg: het concept
- Hoe doe je de Culinaire St-Jakobsweg?
- De verschillende wandelingen
- Liever fietsen dan wandelen?
- Speciaal evenement: probeer alle gerechten in een dag!
- Silvretta Card All Inclusive
- Wat neem je mee op de Culinaire St-Jakobsweg?
- Hotels in Ischgl
- Hoe naar Ischgl reizen
- Pin voor later
De Culinaire Sint-Jakobsweg: het concept
De Culinaire Sint-Jakobsweg bestaat uit vijf verschillende wandelingen naar vijf verschillende hutjes in de regio Paznaun-Ischgl in Tirol, Oostenrijk. Bij elk van deze hutjes hoort een bekende kok die typische Tiroolse gerechten klaarmaakt en er daarbij zijn eigen draai aan geeft. Deze gerechten, die ook nog eens geproduceerd worden met lokale ingrediënten, zijn een hele zomer lang verkrijgbaar aan normale huttenprijzen.
Het idee is om een prijzenwinnende keuken in de openlucht te creëren door lokale producten te gebruiken en zonder daarbij de gezelligheid te verliezen waar Oostenrijkse berghutten bekend voor zijn.
Je kan het hele jaar lang over de paden van de Culinaire St-Jakobsweg wandelen, maar enkel vanaf juli tot midden september of 4 oktober 2018 (afhankelijk van de hut) kan je er ook nog eens genieten van de speciale gerechten. Echt een speciale activiteit voor de zomer in Oostenrijk, dus!
De Culinaire St-Jakobsweg wordt georganiseerd door het lokale toerismebureau van Paznaun-Ischgl onder het toeziend oog van de Oostenrijkse kok Eckart Witzigmann, die drie Michelinsterren waard is, en van Gault & Millau de “Chef van de Eeuw”-award kreeg. De Tiroolse kok Martin Sieberer, goed voor 3 Gault & Millau-koksmutsen en 18 punten, coördineert het werk van de sterrenchefs. Hij is een van de meest geprezen koks van Oostenrijk, en als hoofd van het restaurant Paznaunerstube dat bij het Hotel Trofana Royal in Ischgl hoort, is hij de geknipte persoon voor deze job.
Goed om te weten:
De internationale koks zijn enkel aanwezig gedurende het openingsweekend en tijdens een speciaal evenement op 19 augustus (meer daarover verderop in deze post). Tijdens de rest van de zomer worden hun gerechten bereid door de lokale teams van de hutten.
Elk van de hutten heeft ook een brochure waarin je de recepten van de vijf gerechten terugvindt. Je kan dus zelf thuis je favoriete gerecht thuis recreëren.
&nbps;
Hoe doe je de Culinaire St-Jakobsweg?
Hoewel de wandelingen die deel uitmaken van de Culinaire St-Jakobsweg allemaal in dezelfde regio liggen en per wandeling zo’n twee uur in beslag nemen, is het niet mogelijk om ze allemaal in één dag te doen. Je kan er twee per dag combineren, maar het meest ideale is om ‘s ochtends een van de wandelingen te doen, te lunchen in de hut en de rest voor andere dagen te bewaren.
Op die manier kan je een weeklange vakantie plannen rond deze culinaire wandelingen.
(Psss, hier is nog een programma voor een week in Oostenrijk in de zomer.)
Als je dat interessant lijkt, kan je een stempelkaart krijgen bij de lokale toerismedienst van Ischgl, in verschillende hotels of in de hutten zelf. Elke keer als je een nieuwe hut bereikt, krijg je dan een stempel. Degenen die alle vijf hutten in één zomer doen, kunnen hun kaart indienen en op die manier kans maken om een Culinarie St-Jakobsvakantie voor de volgende zomer te winnen.
Leuk, niet?
Ook goed om te weten is dat er de hele zomer lang pijltjes langs de wandelpaden staan die de “Kulinarisches Jakobs Weg” aangeven. Je moet dus enkel het startpunt vinden en dan kan je beginnen.
De verschillende wandelingen
1. Naar de Friedrichshafener Hütte in Valzur
De wandeling
De wandeling naar de Friedrichshafener Hütte, die op 2.151 meter hoogte ligt, wordt beschouwd als een redelijk moeilijke tocht. Hoewel je er niet al te veel obstakels tegenkomt, gaat de weg wel vrij steil omhoog, dus je kan best even stretchen als je na twee uur wandelen aankomt bij de hut.
Deze route wandel je achter elkaar en kronkelt meestal naar boven door de bossen. Het laatste deel ligt in een meer open landschap en je hebt er prachtige uitzichten.
Als je niet in de beste conditie bent, of als je er die dag gewoon niet zoveel zin in hebt,
kan je ook gebruik maken van een grindweg die op hetzelfde punt start als de wandeling en die je helemaal tot aan de hut kan volgen. Ons groepje ging via het pad omhoog en daalde af via de grindweg. Ik raad aan om het ook op die manier te doen, want naar beneden wandelen is moeilijker en het zou jammer zijn om de meer open uitzichten te missen die je vanaf de weg hebt.
Het eten
Door: 3-sterrenchef Heinz Winkler van Duitsland
Winkler’s idee is dat eten moet inspireren, niet opblazen. Zijn doel is om een keuken vol vitaliteit te creëren door oude recepten te verfijnen en heel veel verse kruiden te gebruiken. Hij is momenteel eigenaar van het vijfsterrenrestaurant Hotel Residenz Heinz Winkler in Aschau in Chiemgau, Duitsland.
En zijn gerecht? Dat was een eerder klassieke Kaiserschmarrn die werd geserveerd met appelsaus, pruimen en een bessenconfituur. De twist? De rozijnen die over de Kaiserschmarrn waren gestrooid bevatten best wel wat rum.
2. Naar de Ascherhütte in See
De wandeling
Je kan op twee punten starten aan de wandeling naar de Ascherhütte. Ofwel in het centrum van See, of je kan ervoor kiezen om de kabelbaan te nemen naar het Medrig Alp middenstation. Van daaruit duurt de wandeling twee uur.
Wij gingen voor de optie met de kabelbaan, dus kan ik je niets vertellen over de wandeling vanaf See. Die zou een viertal uur in beslag nemen.
Deze route zou ook redelijk moeilijk moeten zijn, maar ik vond hem makkelijker en aangenamer dan de wandeling naar de Friedrichshafener Hütte omdat ik bij die laatste meer het gevoel had dat ik trappen aan het oplopen was. Als je naar de Ascherhütte wandelt, heb je meer open uitzichten, en de weg bracht het kind in mij opnieuw naar boven omdat ik voortdurend moest uitkijken waar ik mijn voeten neerzette.
Iedereen heeft tijdens zijn kindertijd wel eens dat spelletje gespeeld waarbij je de grond niet mag raken, toch? :-)
Het eten
Door: 1-sterrenchef Arabelle Meirlaen uit België
Joepie, een Belgische chef! Misschien ben ik een beetje partijdig, maar Arabelle Meirlaen springt er echt uit. Terwijl heel wat jongere koks tegenwoordig wel focussen op het gebruik van lokale ingrediënten, gaat Meirlaen nog een stapje verder. Zij ziet voedsel echt als een deel van het menselijke welzijn, niet in de zin van “Yum, dit is lekker”, maar op een manier dat haar creaties bedoeld zijn om ons te voeden en beter te doen voelen zodat we haar restaurant in Marchin vol energie kunnen verlaten, zonder helemaal volgepropt te zijn.
Ik kreeg de kans om met haar te praten tijdens het openingsweekend van de Culinaire St-Jakobsweg en haar stille passie viel me enorm op. Meirlaen wil mensen helpen door middel van voedsel en daarbij deelt ze haar visie persoon per persoon. Het is duidelijk dat ze zelf niet meteen de spotlights gaat opzoeken, al verdient ze die erkenning zeker wel.
En haar gerecht? Meirlaen kookt volledig gluten- en lactosevrij, ook in Ischgl. Haar schotel bestond uit linzen met met maïs gevoede kip, kruiden en een klein beetje frambozencoulis. Het gerecht vulde goed, maar viel niet te zwaar en zorgde voor een energieboost zonder dat er suiker aan te pas kwam. Ik zou toch eens graag een bezoekje willen brengen aan haar restaurant in België.
3. Naar de Jamtalhütte in Galtür
De wandeling
Ik deed enkel de twee wandelingen die ik hierboven beschreef, dus de informatie over deze wandeling, en de twee volgende, is enkel gebaseerd op opzoekwerk.
De Jamtalhütte ligt op een hoogte van 2.165 meter en de wandeling ernaartoe zou drie uur duren en vrij moeilijk zijn.
Het eten
Door: 2-sterrenchef Sven Wassmer uit Zwitserland
Wassmer’s keuken is seizoensgebonden en gebaseerd op dingen die hij in de Zwitserse natuur vindt. Hij zoekt zelf met zijn team wild fruit, paddenstoelen en kruiden, maakt vers gevangen vis klaar en kweekt zijn eigen aardappelen. Deze ingrediënten, die hij combineert met producten van over de hele wereld, vormen verfijnde gerechten.
Zijn gerecht bleek ook de favoriet te zijn van zowat iedereen met wie ik tijdens deze reis heb gepraat.
Dus wat had Wassmer voor ons in petto? Een heerlijke geroosterde forelfilet met zure room, aardappelen en sla. Het was luchtig en verfijnd. Precies het soort gerecht dat je bestelt op een warme zomeravond – of na een wandeling, natuurlijk :-)
4. Naar de Heidelberger Hütte in Ischgl
De wandeling
De Heidelberger Hütte staat in de Alpen van Paznaun, maar bevindt zich tegelijk ook op Zwitserse grond! De hut ligt op de grens van Oostenrijk en Zwitserland waardoor je twee landen in een dag kan bezoeken. Hij bevindt zich op een hoogte van 2.264 meter en er zijn verschillende manieren om er te geraken.
Het eten
Door: 3-sterrenchef Harald Wohlfahrt uit Duitsland
Wohlharht is de enige Duitse chefkok die, als hoofdchef van restaurant Schwarzwaldstube in Hotel Traube Tonbach in Baiersbronn-Tonbach, gedurende 25 jaar een driesterrenbeoordeling wist vast te houden. Voor de Culinaire St-Jakobsweg creëerde hij een ricotta ravioli met pesto en gesuikerde pepers.
5.Naar de Almstüberl in Kappl
De wandeling
Neem de Diasbahn kabelbaan tot op 1.800 meter van waar je een comfortabele en korte wandeling kan maken naar de Almstüberl. Je kan het familievriendelijke bospad volgen of kiezen voor de kortere, maar iets meer uitdagende tocht naar boven. Beide routes zouden vrij makkelijk zijn en een uurtje duren.
Het eten
Door: 2-sterrenchef Michael Wignall uit Groot-Brittannië
Wignall staat bekend om zijn verrassende creaties die vaak het gevolg zijn van hetcombineren van inspiratie die hij opdeed tijdens het reizen met typisch Britse producten. Hij verzamelde Michelinsterren in verschillende restaurants waar hij hoofdkok was en momenteel plant hij zijn eigen zaak te openen.
Zijn vleesbrood-in-worstvorm met groenten en rapenkimchi was mijn op één na favoriete gerecht – en dat zegt veel, aangezien ik niet echt een fan ben van worsten. (Geen grapjes, alsjeblieft.)
Liever fietsen dan wandelen?
Dat is mogelijk! Alle hutten zijn vlot bereikbaar met een gewone of elektrische mountainbike. Ik probeerde elektrisch mountainbiken voor het eerst uit in Zillertal eerder dit jaar en ik kan het zeker aanraden. Je krijgt dezelfde soort beweging zonder op de weg naar boven te sterven :-D
Als je geen fiets bij je hebt, of je wil liever een e-mountainbike gebruiken in plaats van je eigen fiets, dan kan je er een huren in Galtür, Ischgl, Kappl of See.
Speciaal evenement: probeer alle gerechten in een dag!
Op 19 augustus 2018, om 10 uur ‘s ochtends, kan je je in het valleistation van de Medrighochbahn aansluiten bij de lokale sterrenchef Martin Sieberer om samen met hem naar de Ascherhütte te wandelen waar je alle vijf gerechten op dezelfde dag kan uitproberen.
Silvretta Card All Inclusive
Als je een verblijf voor minstens één nacht in Paznaun-Ischgl boekt, kan je een gratis Silvretta Card All Inclusive krijgen. Hiermee kan je gratis gebruik maken van de kabelbanen en liftstoelen in de regio, gratis toegang krijgen tot zwembaden en nog veel meer.
Klik hier voor meer informatie.
Wat neem je mee op de Culinaire St-Jakobsweg?
De Culinaire St-Jakobsweg bestaat uit wandelingen met een middelmatige moeilijkheidsgraad, maar er zijn enkele dingen die je zeker moet meenemen als je wil dat je wandeltocht comfortabel verloopt.
1. Goede wandelschoenen
De paden zijn nooit supermoeilijk om te bewandelen, maar ze hebben wel vaak een stenige, oneven grond die na een regenbui glad kan worden. Ik droeg mijn nieuwe Salomon Quest 4D 3 GTX® wandelschoenen en die waren perfect voor deze trip.
Salomon had ze me, net voor ik naar Oostenrijk vertrok, toegestuurd om uit te proberen, dus ik heb niet de tijd gehad om ze in te lopen. Toch heb ik geen enkele keer last gehad van blaren of pijnlijke voeten. Ik ga ze tijdens mijn volgende wandeltochten verder uittesten, maar ik denk dat het onnodig is om te zeggen dat ze nu al indruk op me hebben gemaakt.
Ze zijn lichter dan mijn oude wandelschoenen, hebben een goede grip en zijn flexibel. Het enige dat me een beetje teleurstelde, was dat ik nog steeds zweetvoeten kreeg, ondanks the Ortholite (ademende en vochtcontrollerende) en Gore-Tex technologie waarmee ze uitgerust zijn.
2. Zonnecrème
Dit klinkt nogal logisch, maar wij hadden enkele mensen op onze wandeling die verbrand waren omdat ze de kracht van de zon zo hoog in de bergen onderschat hadden. Als je gemakkelijk verbrandt, zorg er dan voor dat je je tijdens de tocht ook insmeert, en niet enkel vooraf.
3. Sneldrogende laagjes
Ik raad heel sterk aan om laagjes te dragen voor deze wandelingen. Ik krijg het persoonlijk heel snel warm wanneer ik me fysiek inspan, dus draag ik meestal enkel een t-shirt als ik ga hiken. Maar zelfs als dat ook voor jou geldt, zal je je laagjes zeker nodig hebben als je later op de dag aankomt bij de hut.
Net zoals de zon sterker is op een grote hoogte, is ook de wind er frisser en de temperaturen zijn er ook vaak lager dan in de vallei. Neem daar nog eens bij dat je lichaam afkoelt na een stevige wandeling, en er zich een heerlijke kleine laag koud, gedroogd zweet vormt, en je zal blij zijn met een laagje of twee extra.
Het best is om een droge basislaag (topje of t-shirt) mee te nemen zodat je je onmiddellijk uit je bezwete t-shirt kan bevrijden als je bij de hut komt. Als je geen zin hebt om een extra t-shirt mee te zeulen, kan je er best voor zorgen dat je iets bij je hebt dat gemaakt is van sneldrogende stof. Dan hoef je niet de hele lunch met je bezwete t-shirt aan te zitten.
Je kan ook je onderste laag uitdoen tijdens de lunch en hem opnieuw aandoen voor de tocht naar beneden.
4. Water
Heel logisch, maar zo belangrijk dat ik het niet wil weglaten. Neem water mee! Een wandeling van twee uur lijkt misschien niet lang – en dat is het ook niet – maar het is veel intenser om naar boven te wandelen dan gewoon twee uur lang over vlakke grond te stappen. Zorg er dus voor dat je regelmatig een slokje neemt.
Een wandelgids vertelde me ooit dat je moet drinken voor je dorst krijgt.
Ik neem zelf altijd een herbruikbare waterfles mee op reis. Dat is niet alleen goed voor het milieu, het houdt je water ook langer lekker.
5. Goede wandelbroeken of leggings
Deze zijn geen absolute must, maar ik heb ze wel gemist tijdens de tocht. Hoewel ik wel sneldrogende shirts heb, beschik ik nog steeds niet over goede wandelbroeken. Als je voortdurend naar boven klimt, is het echt veel aangenamer als je een lichte, elastistische en ademende broek aan hebt.
Ik heb enkele mensen in leggings zien wandelen. Ik heb dat ook al gedaan, dus ik kan bevestigen dat het comfortabel is, maar ik geef toch de voorkeur aan broeken met zakken waar je tijdens je wandeling je gsm en zakdoek in kwijt kan zonder dat het onhandig wordt.
6. Een aangepaste dagrugzak
Je zal een rugzak nodig hebben voor je water, laagjes, papieren zakdoekjes, zonnecrème, enz. Elk soort rugzak is goed, maar om het echt aangenaam te houden, raad ik aan om een rugzak uit te zoeken die ontworpen werd om mee te nemen tijdens wandeltochten, zoals de Osprey Hikelite 18L.
Ik kreeg deze rugzak een maand geleden van Osprey Europe om uit te proberen en nam hem voor de eerste keer mee op een weekendje Texel in Nederland. Toen ik hem daar gebruikte, ergerde ik me eerst een beetje aan het strakke rugpaneel van luchtdoorlatende mesh omdat het een geluid maakte als het langs mijn rug bewoog.
Dit probleem was echter makkelijk te verhelpen door de riempjes een beetje te verstellen toen ik in Oostenrijk was, en toen ik dat gedaan had, was het prettig om er twee dagen mee rond te stappen.
Toen ik de riempjes had versteld, bleek het rugpaneel eigenlijk een groot voordeel te zijn. Het zorgt ervoor dat de achterkant van je rugzak niet tegen je rug leunt, waardoor er lucht tussen kan en je rug – en de achterkant van je rugzak – niet helemaal bezweet raken.
De Hikelite heeft een regenhoes, twee zijzakken waar je waterflessen in kwijt kan en een zak aan de binnenkant waar je je laptop of tablet in kan steken. Ik was blij dat mijn laptop van 14 inch erin paste terwijl hij in zijn hoes zat, zodat ik de rugzak ook als handbagage kan meenemen.
Je kan wandelstokken bevestigen aan de bovenste riem als je wil. De rugzak heeft ook een afneembare heupband en een aanpasbare riem aan het borstbeen. Deze moeten helpen om de rugzak op zijn plek te houden, maar ik had ze niet nodig aangezien het stevige rugpaneel er al voor zorgt dat de rugzak niet te veel gaat bewegen – als je de schouderriemen juist aanspant, weliswaar. :-)
Het enige minpunt aan deze rugzak is voor mij het nogal kleine voorzakje. Het is ongeveer zo groot als twee tennisballen en “hangt” in de hoofdzak, wat betekent dat het daar dus plaats inneemt. Ik had liever gehad dat dit voorzakje wat dieper was geweest en op de hoofdzak had gelegen, in plaats van er gewoon in te hangen.
Hotels in Ischgl
Ik verbleef twee nachten in het Gourmet Hotel Yscla in Ischgl. Daar wordt het Stüva restaurant geleid door de jonge chefkok Benjamin Parth, een van de meest gerenommeerde koks in Oostenrijk die drie koksmutsen heeft in Gault & Millau.
Het hotel heeft ook een eigen wellness en ligt op slechts twee minuten wandelen van de Silvrettabaan. In de winter, kan je tot naast het hotel skiën.
WiFi is er gratis en de ruime kamers zijn voorzien van een flatscreen televisie en een aparte badkamer met toiletartikelen. Mijn kamer had ook nog een bureau en een inloopkast. Kijk maar:
Ook in het Yscla hotel verblijven? Bekijk hier meer reviews, prijzen en beschikbaarheid.
Hoe naar Ischgl reizen
Wij vlogen vanuit Brussel naar de luchthaven van Zürich en namen van daaruit een shuttle naar het hotel. Een andere optie is om naar de luchthaven van München te vliegen en daar een shuttle te nemen. De shuttle namen we echter omdat we ter plekke in groep zouden reizen. Reis je individueel naar Ischgl, dan is het wel echt handig als je daar een auto hebt.
Als je liever niet zelf helemaal naar daar rijdt, kan je ook op de luchthaven een wagen huren. Kijk op RentalCars.com voor de voordeligste opties.
Pin voor later
Tijdens mijn verblijf in Ischgl was ik de gast van het Oostenrijkse Nationale Toerismebureau. Zij nodigden me uit voor de opening van de tiende Culinaire St-Jakobsweg. Zoals altijd wanneer ik een samenwerking als deze aanga, schreef ik volledig vanuit mezelf.