Toen ik in 2012 begon te reisbloggen, had ik nooit kunnen raden dat Oostenrijk een van de bestemmingen zou zijn waar ik het meest over zou schrijven. Tien reisjes in negen jaar tijd. Ik bracht zelfs nog een bezoekje aan Innsbruck voor COVID-19 in Europa uitbrak.
De geweldige Katrin, mijn contactpersoon bij de Belgische afdeling van de Oostenrijkse Nationale Dienst voor toerisme, is niet alleen een van mijn favoriete klanten geworden, maar ook een goede vriendin.
De rugzak die ik op al mijn daguitstappen meeneem is Oostenrijks en ik had enkele van mijn meest impactvolle reiservaringen in het bergenland.
Die wil ik hier graag met je delen.
1. Hoogtevrees bevechten tijdens een zonsopgangbergtocht
Deze ervaring had zo'n grote impact op me dat ik hem op mijn pols liet tattoeëren. Nuja, de berg. Maar laat me bij het begin beginnen.
Ik was op rondreis door verschillende Oostenrijkse provincies met twee andere Belgische reisbloggers en Katrin. Acht dagen vol van de meest diverse activiteiten, van bootje varen tot onze eigen edelstenen opgraven en een fietstocht maken door Salzburg. Oh, en een berg beklimmen.
Ik ga niet in detail treden over de eigenlijke bergtocht aangezien ik er eerder al over schreef, maar wil wel even zeggen dat die toch een keerpunt betekende in mijn gevecht tegen mijn hoogtevrees.
Jarenlang had ik mezelf zachtjes uitgedaagd wanneer ik tijdens mijn reizen iets wilde bezoeken dat net iets “hogerop” lag. Ik beklom torens, wandelde langs kasteelmuren, en nam tal van skiliftjes (waarvan de meeste in Oostenrijk, trouwens). De beslissing om deze dingen te doen – of niet te doen – was echter altijd de mijne geweest en ik had steeds slechts voorzichtig de randen van mijn comfortzone afgetast.
De tocht naar de top van de Hornfeldspitz was anders.
Ik had kunnen kiezen de activiteit niet mee te doen, en misschien had ik dat wel gedaan als het een andere reis was geweest, georganiseerd door iemand anders. Maar ik wist dat Katrin me zou steunen en we daarnaast hadden we een gids die voorop zou lopen.
Bereikte ik de top? Bevroor ik onderweg? Dat kan je hier lezen, maar ik kan je alvast vertellen dat ik die ochtend nooit zal vergeten.
2. De wals leren in Wenen
Ik begon met dansen toen ik 11 was. Eerst was basislessen jazz na de schooluren maar daarna veranderde ik al gauw naar hip hop en dat ben ik blijven doen. Hoewel ik hier en daar wel wat lessen nam in andere stijlen, leek het me vooral leuk om lokale dansstijlen te leren op mijn reizen.
En toen was er Wenen.
Ik had een volle dag in de Oostenrijkse hoofdstad alvorens de road trip begon die ik hierboven vermeldde. Aanvankelijk was mijn plan louter wat door de stad te dwalen, maar toen ik de kans kreeg een groepswalsles te volgen bij dansinstituut Elmayer, moest ik geen twee keer nadenken.
Ik stapte de dansschool binnen, trok mijn hoge hielen aan, en wachtte nerveus op de lesgever. Wanneer die aankwam, vertelde hij me dat niemand anders was komen opdagen en ik privé-les zou krijgen. Wat!?
Hoe dat ging, lees je hier. Ik kan je wel vertellen dat ik nog af en toe een een-twee-drietje rond men apparement wals.
3. Cake eten in de vorm van een skischans… bovenop een skischans!
Gezien het aantal keren dat ik in Oostenrijk ben geweest, zou je aannemen dat ik kan skiën. Dat is dus niet zo. Ik heb het wel enkele keren geprobeerd en hoewel mijn arm-beencoördinatie prima in orde is (dankjewel, jaren dansles), speelde mijn hoogtevrees me steeds parten.
Al moet ik toegeven dat ik het ook niet zo heb op hoge snelheiden en de kans tegen een boom te knallen.
Dat wetende, kan je je wel inbeelden dat de top van een skischans geen ideale plek is voor mij.
En toch…
De Bergisel-skischans in Innsbruck is niet zomaar een skischans. Hij werd ontworden door de befaamde architecte Zaha Hadid, heeft een uitkijkplatform precies waar de springers hun aanloop (aanski?) starten, en een restaurant waar ze cake serveren in de vorm van een skischans. Echt!
Als je de blog al eventjes volgt, weet je hoeveel ik van cake hou, en dit was zonder twijfel de meest bijzondere cake die ik ooit verorberde.
4. Een koeparade van de bergen de vallei in volgen
Yup, dat lees je goed, een koeparade! Aan het einde van de zomer brengen de boeren in Zillertal, Tirol, hun koeien van de bergen naar de vallei. Niet met vrachtwagens, maar gewoon te voet, tijdens een daglange parade waarvoor de voorbereidingen dagen in beslag nemen.
Het meeste van dat werk gaat naar het maken van de hoofdtooien die de koeien dragen tijdens hun afdaling. Ik nam er tal van foto's van die dag dat ik voor zonsopgang opstond om de koeien op hun tocht te volgen. Bij hun aankomst op de boerderij werd voor het hele dorp een feest gegeven.
Foto's van de parade en meer info over dit unieke evenement kan je in deze post vinden.
Ik had nooit kunnen denken dat ik een daglang met koeien mee zou wandelen, laat staan ze zou fotograferen. Dat was zo'n unieke ervaring!
5. Het culinaire Oostenrijk me steeds weer laten verrassen
Ik heb het al zo vaak gezegd maar het verdient herhaling: de Oostenrijkse culinaire scène is zoveel meer dan de hartige maaltijden die je in de berghutten kan eten. Als je je daartoe beperkt, dan mis je echt wat.
Ik at wat gemakkelijk een Michelin sterrenmaaltijd had kunnen zijn in een familiezaak in Ischgl. Ik droom nog steeds over hun dessert met chocomousse. Ik ontmoette jonge chefs die experimenteren met eeuwenoude recepten en koks die dagelijks naar buiten trekken om verse kruiden te plukken.
Het is onmogelijk een specifieke foodie herinnering aan Oostenrijk te delen want ik heb er zoveel heerlijke. Als er iets is wat je van deze post onthoudt, laat het dan zijn dat alles in Oostenrijk een ervaring is, van het moment dat je wakker wordt, tot het moment dat je de lakens over je heen trekt en het licht uit doet.
PIN VOOR LATER
Deze post kwam tot stand in samenwerking met de Oostenrijkse Dienst voor Toerisme.